
Het Rijksmuseum Oudheden te Leiden verwierf recent een unieke collectie cameeën: in reliëf gesneden edelstenen die een afbeelding van één kleur tonen op een oppervlak van een contrasterende kleur.

Ruimtelijk ontwerper Anika Ohlerich (Archetypisch) ontwierp een schatkamer voor deze permanente opstelling en ik ontwierp de grafische laag.
Net als de edelstenen zelf is de ruimte opgebouwd uit lagen van licht en donker. Witte glazen panelen omlijsten zwarte vitrines waarin de cameeën worden tentoongesteld.
De panelen lijken op antiek marmer maar zijn helemaal van deze tijd: Het glas is gemaakt van 100% gerecycled glasafval en kan na gebruik weer terug in de glasproductiecyclus.

Dat woord functioneert haast als een soort ‘kijkhulp’, waarbij de gedachte is dat als je léést dat er muizen zijn die een olifant trekken, dat je die dan ook sneller ziet dan als je geen idee hebt waar je naar gaat kijken.
Taal als een vergrootglas dus, zou je kunnen zeggen.
Taal als een vergrootglas dus, zou je kunnen zeggen.

Apollo met Daphne, Eros met dode vlinders, Maenade op muilezel, Herder met geitje....



Een letter die een zekere klasse uitstralen kan én past bij de ronde vorm die de meeste cameeën hebben vond ik in de Futura. Een letter ontworpen in 1927 die zowel klassiek als modern tegelijk oogt.
(En gemaakt is met een enorm oog voor detail: pure geometrische vormen zijn het uitgangspunt, maar juist de subtiele afwijkingen zorgen er pas echt voor dat de letters voor het oog in evenwicht lijken te zijn. Zo is de ogenschijnlijk ronde lijn van de o, is toch enigszins eivormig bijvoorbeeld).


Scheltens & Abbenes werden gevraagd de cameeën te filmen.